<< Vorige pagina

13 maart 2019

Brabantse afdelingen in Afrika


Een fantastische dag. Dat heb ik van talloze deelnemers achteraf mogen horen. We hadden een lente-achtige winterdag uitgekozen om het vernieuwde AfricaMuseum in Tervuren te bezoeken. Als een reusachtig zandkasteel lag het koloniale paleis op ons te wachten. Ons, dat waren ruim vierhonderd Princeleden, partners en vrienden uit vrijwel alle afdelingen van de twee Brabantse gewesten en ver daarbuiten.

 

 

 

Vijf jaar lang was het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika, zoals het AfricaMuseum officieel heet, gesloten voor een grote renovatie. Niet alleen moest het oude gebouw uit de tijd van koning Leopold II gerestaureerd worden, het museum moest ook inhoudelijk helemaal opnieuw bedacht worden. Het typisch koloniale museum, waar de lof van de koloniale mogendheid gezongen werd, moest vervellen tot een hedendaags museum waarin de koloniale tijd door een hedendaagse en ook Afrikaanse bril bekeken zou worden.

 

Gewestraad

 

In december 2018 ging het vernieuwde museum open. Enkele maanden daarvoor, op een van de heetste zomeravonden van 2018, hielden de Prince-afdelingen van het gewest Brabant-Oost een gewestraad. Als gewestpresident had ik goed geluisterd naar het pleidooi van onze Presidente: het gewest moet een scharnier zijn dat leden uit verschillende afdelingen meer met elkaar in contact brengt. Geen betere manier vond de gewestraad om dat doel te bereiken dan een bezoek aan het nieuwe AfricaMuseum.

 

Verdubbeld

 

Om het verhaal kort te maken: we hadden een overeenkomst met het museum om tweehonderd mensen te ontvangen. Er kwam protest uit de afdelingen van Brabant-Oost omdat er te weinig plaatsen waren. We hebben het aantal dan maar verdubbeld en ook de afdelingen van Brabant-West uitgenodigd, zodat we uiteindelijk op 16 februari met ruim vierhonderd mensen het nieuwe ontvangstpaviljoen van het museum hebben overspoeld.

 


                Het nieuwe ontvangstpaviljoen
       van de bekende architect Stéphane Beel.

 

Wereldtentoonstelling

 

De dag begon met een uiteenzetting door de algemeen directeur van het museum, Guido Gryseels. Hij schetste het ontstaan van het museum vanaf de wereldtentoonstelling van 1897. Leopold II zag het als een promotiemiddel om zijn koloniale plannen te verkopen aan investeerders en het Belgische volk. Het museum barstte vrij snel uit zijn voegen en Leopold II liet Charles Girault een nieuw museum ontwerpen: het huidige koloniale gebouw, dat in 1910 in gebruik werd genomen.  Honderd jaar later waren het gebouw en het museum aan renovatie toe. Het gebouw werd gerestaureerd met respect voor de originele negentiende-eeuwse plannen en de permanente tentoonstelling werd helemaal opnieuw uitgedacht.

 

        

                                Verwelkoming door gewestpresident                            Museumdirecteur Guido Gryseels.

                                              Ruud Hendrickx.                                                                                                       

            
 

Militaire bezetting

 

Bij zijn presentatie schuwde directeur Guido Gryseels de grote woorden niet. Voor hem is een hedendaagse kijk op Afrika, de koloniale tijd en de huidige diaspora noodzakelijk. De koloniale tijd noemt hij ondubbelzinnig moreel fout. Hij spreekt van een militaire bezetting door een buitenlandse mogendheid met het doel zoveel mogelijk grondstoffen te bemachtigen. Het nieuwe museum moet vooral een stem geven aan de Afrikanen en hun rijke cultuur. De directeur beklemtoonde vervolgens dat het AfricaMuseum ook een wetenschappelijke instelling is, die internationaal hoog aangeschreven staat op het gebied van geologie, archeologie, biologie, antropologie en linguïstiek. Jaarlijks worden er tientallen Afrikaanse wetenschappers opgeleid.

 

 

Ontvangstpaviljoen

 

Voor het aperitief werden we verwacht in de bistro van het museum, op de bovenste verdieping van het nieuwe ontvangstpaviljoen, een ontwerp van de bekende architect Stéphane Beel. Het strakke gebouw heeft grote witte muren en metershoge glaspartijen, en vormt een mooi contrast met het bombastische koloniale gebouw. Vanuit de bistro hadden we een prachtig uitzicht op het zandkleurige museumgebouw dat in de zon warm oplichtte. De lunch werd geserveerd in de tijdelijke tentoonstellingsruimte, naast de onderaardse gang die het nieuwe ontvangstpaviljoen met het museumgebouw verbindt. De ruimte is ongeveer duizend vierkante meter groot en bood juist genoeg plaats voor de vierhonderd deelnemers.

 

     
                                Aperitief in de bistro.                                  Lunch in de tijdelijke tentoonstellingsruimte.

 

Afrikaans golf

 

Het vernieuwde AfricaMuseum, vertelde de directeur, is nog maar een paar maanden open en heeft al honderdduizend bezoekers over de vloer gehad. Het krijgt zoveel aanvragen voor rondleidingen dat we maar zes gidsen ter beschikking hadden. Dankzij een ferventste golfspeelster in het organisatiecomité hebben we een geslaagde formule kunnen uitdenken. Golfers kennen de shotgun- of gunshot-start: de deelnemers verdelen zich over alle holes en beginnen tegelijk te spelen. Op dezelfde manier hebben we de bezoekers in groepjes verdeeld, die elk in een andere zaal van het museum aan de rondleiding begonnen. Op zes plekken in het museum gaven gespecialiseerde gidsen een kwartiertje uitleg over het thema van de zaal en de belangrijkste stukken. Vervolgens schoven de groepen onder leiding van een Princelid door naar de volgende zaal, waar een andere gids hen opwachtte. De deelnemers hebben op deze manier letterlijk alle hoeken van het museum gezien.

 


Rondleiding in het museum.

 

Vernieuwing

 

In het museum is de inhoudelijke vernieuwing goed te zien. Er is een evenwicht gezocht tussen de gerestaureerde, beschermde vitrinekasten langs de wanden en de nieuwe centrale platformen met moderne presentatiemiddelen. Er is ook veel aandacht voor hedendaagse Afrikaanse kunst, die in dialoog gaat met de koloniale, vaak racistische maar beschermde beelden. Na de rondleiding konden de deelnemers nog tot sluitingstijd vrij door het museum lopen, met een museumgids en plattegrond. Een van de laatsten die het museum verliet, was onze presidente Godelieve Laureys. Het was een fantastische dag, zei ze.

 

Ruud Hendrickx
Gewestpresident Brabant-Oost

 


Moderne Afrikaanse kunst
in de oude vitrinekasten.

 


Reacties



Terug naar overzicht »