<< Vorige pagina

09 november 2017

Neerlandistiek, wijn en dino’s in Georgië


De afdeling Heerlen bezocht haar 'project Tbilisi' in Georgië en zette een uitgebreid verslag op haar afdelingswebpagina (zie hieronder). Belangrijkste doel van de reis: het bezoeken van het docentschap aan de universiteit, dat door de afdeling wordt ondersteund (en in de toekomst ook door de afdeling Hulst, die eveneens van de partij was). Het uitgebreide verslag van de Heerlense webbeheerder voor de snelle lezers onder ons samenvattend in enkele steekwoorden: Neerlandistiek, kabelbaan, ambassadeur, vlammend rood, Caravaggio, Kaukasus, bloemenkransjes, military highway, een tunnel van Azië naar Europa, slechte chauffeurs en slechte wegen, een fotografeerverbod, geoormerkte makke straathonden, standbeelden van dichters, dinosaurussporen, de rozenrevolutie, kvevri's (die natuurlijk worden gebruikt om op Georgische wijze wijn te maken) en heel veel kruiskoepelkerken.

 

Een filmpje van een deel van de toespraak van de Nederlandse ambassadeur in Georgië, is hier te vinden.

 

Alle foto's van de reis vindt u hier:

 

 

Verslag bezoek Georgië van de afdeling Heerlen

 

Dag 1


We naderen Tbilisi. Nog 200 kilometer, ik kan het zien op mijn smartphone. Wat een mooie dingen zijn dat toch. Zo'n anderhalve uur vertraging bij vertrek van Kiev. Of dat aan ene heer Spijkers lag? Na lang wachten werd zijn naam omgeroepen, of hij wel aan boord was. Raar. En hij bleek een boardingpass te hebben op naam van ene mevrouw Gielen. Het enige restaurant op luchthaven Kiev was Italiaans en nog goed ook. En een busreis van krap 50 meter op de luchthaven om van de gate naar toestel te komen. Was dat allemaal het nieuwe Oost-Europa?


Goed. Verder alles goed gegaan, nou ja een enkel akkefietje dan, er leek een een paspoort vergeten te zijn in Heerlen. Er was al besloten het taxibusje nog even langs huis te sturen, maar het paspoort werd op tijd gevonden. Ikzelf had mijn paspoort bijna laten liggen op de glasplaat van de scanner. Vlot in Brussel geraakt met een kwieke taxichauffeur die zijn loopbaan begonnen was als chauffeur van paardentransporten, hetgeen niet te merken was overigens, maar vanwege zijn gezondheid naar transport van het menselijk ras was geswitcht. Op Zaventem onze vrienden uit Hulst ontmoet, voor velen een hartelijk weerzien, voor allen een prettige kennismaking.


Al met al was het een reisdag. De stoelmaat bij de Oekraïense luchtvaartmaatschappij vormt een laagterecord. We zullen arriveren in een donker Tbilisi, vol verwachting uitkijkend naar wat de dag van morgen ons zal brengen, de stad, en de ontmoeting met de studenten en de ambassadeur. Maar eerst een goede nacht.

 

 

Dag 2

 

Korte nacht, we waren pas 03.00 in het hotel.

 

Een belangrijke dag vandaag. We gaan Nino Phakadze, docente Nederlands aan de universiteit hier treffen en haar studentes, toch de aanleiding om deze reis te ondernemen. En we zullen lunchen met de Nederlandse ambassadeur hier in Tbilisi.

 

Per bus naar de Sionikathedraal waar we Nino ontmoeten met de studentes Cio Tenadze, Elena Kerikoshvili, Ana Tikaradze. Een hartelijke begroeting. Een van de studentes vertelt iets over de kathedraal. In het Nederlands natuurlijk! Prima voorbereid. Het bezoek is indrukwekkend. Wat een devotie. Wat missen wij dat toch. Dan de wandeling. Door het centrum van de stad. Het blijkt een feestdag te zijn, dat treffen we: muziek en gezellig veel volk op straat. Met de kabelbaan naar de Narikala-vesting hoog boven de stad met prachtig uitzicht. Te voet naar beneden en langs de Nicolaaskapel terug naar de binnenstad. Lunch in restaurant op zesde etage in aanwezigheid van ambassadeur Jos Douma en echtgenote Aleid. Toespraken van voorzitters Ruud Hagenouw (Heerlen) en Theo Matteeuws (Hulst) en de ambassadeur. Dan per taxi naar de universiteit. Met vertraging, de stad zit dicht door het verkeer rond de festiviteiten. Gelukkig weet Nino alles perfect te regelen.

 

Op de universiteit de andere studenten en oud- studenten van de sectie Nederlands ontmoet. Een weerzien met oude bekenden voor velen van ons. Weer korte toespraken, tenslotte zijn we hier voor de Neerlandistiek. Onder andere ook van Ans Aalders. En de toezegging van Theo Matteeuws van Hulst dat ze financieel gaan bijdragen aan project Tbilisi van onze afdeling! Een en ander in het bijzijn van de ambassadeur en diens echtgenote. Diner in nabijgelegen restaurant met onze gidsen. Georgische dansgroep, bijna acrobatisch. Een zeer geanimeerde avond ter afsluiting van een buitengewoon interessante dag.

 

 

 

Dag 3

 

Het zit er al weer op. Het programma in Tbilisi dan. Morgen naar de Kaukasus, de bergen in en een wandeling daar. Niet gek, ik ben toe aan frisse lucht. Tbilisi is toch een drukke stad met veel verkeer, wat te vaak stil staat. En het ligt ook nog eens in een vallei en dat bij windstil weer. Studente Elena was vandaag niet eens in het zwart maar in vlammend rood gekleed, een plaatje. Zij en haar collega's en Nino deden vandaag weer hun uiterste best om Georgië aan ons te presenteren. Eerst het museum van zeventig jaar de Russische bezetting, waarbij bijna een miljoen Georgiërs het leven hebben gelaten. Deprimerend, maar anderzijds voel je ook sympathie voor dat land, ingeklemd tussen grootmachten. En dat gevoel wordt sterker na het bezoek aan hun National Gallery met enkele zalen van werken van naïeve Georgische schilders. Plus zo maar een expositie van Botticelli en Caravaggio. Dat blijkt dan wel een verzameling afbeeldingen op glas te zien, goede reproducties. Maar toch, ze doen het maar! Lunch buiten onder de wijnranken, met dit mooie weer prima plek.

 

           

 

Wandeling door modern Tbilisi, een lange straat waar ook vandaag feest is. Die bloemenkransjes vinden gretig aftrek, schattig is dat toch. Muziek en opvallend veel winkels met bruidsjaponnen. Maar Nino wil ons ook het niet-opgepoetste Tiblisi laten zien, vervallen panden waar menig gezin blijkt te wonen, goedlachs en gewillig tegenover de fotografen onder ons. Terug naar de Kalverstraat van de stad, de Rustavelli Av, met musea, parlementsgebouw, theater, Hilton en ons avondrestaurant met volgens de kenners een uitstekende fluitiste. Een dag met weinig Neerlandistiek, veel Georgië, veel gesprekken, nieuwe plannen (waaronder een aanzet voor een tweedaagse viering van de jumelage van de afdelingen Heerlen en Hulst met een wandeling in het Land van Saeftinge en een bezoek aan andere bezienswaardigheden in het Zeeuws-Vlaamse). Heel veel dank aan Nino, Elena, Cio en Anna voor hun inzet – het is nu al een geslaagde trip. Fijn dat we ze nog treffen na de tour. 

 

 

Dag 4
 

De Kaukasus. Vuurwerk was er gisteravond nog. Alsof het voor ons bestemd was, als afscheidsgroet. Eind deze week komen we terug en het project Tbilisi doet deze trip een vaste plek in ons geheugen geven.

 


We verlaten de stad in westelijke richting door nieuwe wijken - de stad is enorm uitgedijd met zijn anderhalf miljoen inwoners op een totale bevolking van drie en een half miljoen - en langs moderne malls. Dan buigen we af naar het noorden en volgen de military highway, zoals die genoemd wordt. Dat is de weg die via een pas naar Rusland leidt en een belangrijke verbinding vormt tussen dat land en Armenië en Abchazië. Het was overigens ook de route van de Russische bezettingstroepen. Druk met vrachtauto's dus. En niet al te goed bestraat en afgebakend, ook koeien maken er gebruik van. De weg gaat geleidelijk omhoog. We stoppen bij oude vesting Ananuri, gelegen aan de ingang van het dal dat we volgen. Er is een grote koepelbasiliek, het type kerk wat je hier veel ziet, binnen de muren van de vesting.
 

De weg stijgt naar 2400 meter, pashoogte, langs een skigebied en we pauzeren in het stadje Stepansminda. Allerplezierigste lunch bij een aardige familie thuis. Intussen vijftien kilometer van de Russische grens. Hier zullen we ook blijven, maar eerst nog een wandeling. Die blijkt heftiger dan gedacht en levert afvallers op. Ook daar is op gerekend en dus was ook dat geregeld. We lopen naar een klein klooster, een klim van 700 meter over een slecht pad. Het is stralend weer en de inspanningen worden beloond met fraaie vergezichten op de machtige bergen van de Kaukasus en het sfeervolle kerkje. Het fotografeerverbod wordt nauwlettend door een van de monniken gehandhaafd. De dag eindigt in een super hotel waarvan we ons afvragen wat de gasten er komen doen. Naast die wandelroute is er niks behalve het skigebied en de Russische grens is vijftien kilometer verder. De avondmaaltijd is als steeds voedzaam en genoeglijk.

 

 

Dag 5
 

Wat hebben we geboft. Vanmorgen regen en laaghangende bewolking. Het kleine klooster (een van de belangrijkste toeristische attracties in dit land, vandaar het hotel) waar we gister in stralende zon waren, is  nu slechts af en toe zichtbaar tussen de wolkenflarden. De sneeuwgrens is duidelijk gedaald. Op 1700 meter hoogte lag ons hotel. Eerst de Kruispas, dan de Jvaripas weer over, door het indrukwekkende massief van de Kaukasus.


We zijn een uur of vier onderweg, gelegenheid voor onze gids iets over het land te vertellen. Georgië wil graag Europees zijn maar geografisch behoort het eigenlijk maar voor de helft tot Europa. Het inkomen van de gewone Georgiër is laag, 200 dollar per maand, een getal dat we ook al van Nino hoorden. Dat onderstreept het belang van onze bijdrage aan Nederlandse taalonderwijs hier.
 

Dan op weg naar het museum van Stalin, tja, een Georgiër. Vijftig procent van de mensen hier, met name ouderen, vereren hem nog als een groot man, en in het museum zullen we niets zien van de keerzijde van het Stalinregime, dat is wel aanwezig volgens de gids, maar niet toegankelijk... We krijgen een rondleiding. De gids vertelt over de dochter van Stalin dat ze in het buitenland heeft gewoond. "De VS toch?" "Ja, het buitenland zei ik." Portretten van de man, foto's, eerbewijzen, zijn dodenmasker, zijn geboortehuis ingepakt in een soort tempel, de treinwagon waarin hij zich verplaatste met een opvallend grote ruimte voor radioapparatuur. Bezoekers laten zich fotograferen naast een levensgroot beeld. Goed, ook Napoleon krijgt zijn verering in Parijs. Maar toch, in hetzelfde land een museum over zeventig jaar Sovietbezetting met bijna een miljoen slachtoffers en een museum voor de man die daar een belangrijk aandeel in had? Er valt hier nog wel wat te verwerken.
 

Lunch bij de 3000 jaar oude holenstad Uplistsikhe. Helaas te weinig tijd voor bezoek, het programma loopt steeds uit ondanks inspanningen van de gids, we moeten het doen met een video... Een moderne autoweg naar Kutaisi, ons overnachtingsadres. Niet iedereen is daaraan gewend, de buschauffeur moet plots afremmen voor een voor ons rijdende zwaar bepakte en geblutste Ford Escort, die hooguit vijftig kilometer per uur reed. Het comfort van de autoweg is ook eindig, het wordt weer rammelen. Armoedige streek, vrouwen proberen langs de weg brood te verkopen, wat wel succes moet hebben, want het zijn er tientallen. Door een tunnel en dan zijn we ineens van Azië in Europa en in West-Georgië.
 

Na enkele uren, talloze bochten, slechte chauffeurs en langs stilgelegde fabrieksgebouwen - de prijs van de zelfstandigheid van dit land – zijn we om even na 19.00 uur in Kutaisi. Het voordeel van zo'n lange busrit is het kunnen opstellen van dit verslagje, met één vinger, beetje gedoe, dat zeker wel, zodat het vanavond nog op uw scherm arriveert.

 

 

Dag 6

 

Eén ding is duidelijk: in Georgië zijn de vrouwen de baas. Zij voeren het woord en zij zoeken hun danspartner uit. Dat weten we sinds gisteravond, toen we voor de avondmaaltijd belandden bij een gezelschap feestvierende Georgiërs, die ons spontaan betrokken in hun verjaardagsfeestje. Hun muziek was niet direct de onze, zeker niet qua volume. Maar toch, waar vind je dat, dat "feest met ons mee". 
 

Verplaatsen doen we ons per bus. Georgiërs zijn in het algemeen slechte chauffeurs, naar ons verteld wordt en wat ons vanzelfsprekend ook niet ontgaat. De buschauffeur van ons is echter een artiest. Wat hij met zijn bus doet op verharde en onverharde wegen met onmogelijke bochten, het maakt hem niets uit. Wij zouden er in onze eigen auto niet eens aan beginnen. Als passagiers hoeven we maar te kijken en ons af te vragen of we niet steeds de voorste en de mooiste plaatsen bezetten. Een enkeling beschouwt je dan overigens als deel uitmakend van de kreukelzone. Reiscoördinator Ruud geeft zijn positie in de bus enkel prijs als zijn andere taken daarbij ook overgenomen worden. 
 

Er zijn verschillende merkwaardige zaken hier in Georgië, zoals auto's met het stuur rechts en rare bovengrondse gasleidingen. Het eerste door import van gebruikte voertuigen uit Japan. Het tweede doordat gasaanleg pas in 2003 begon, bij de start van de aanvoer van gas uit Azerbeidzjan. Daarvoor was er in de prille periode van onafhankelijkheid sinds 1990 nauwelijks elektriciteit en verwarming. En zet dan maar eens snel een goed transportsysteem op. Dan zijn er nog de massa's geoormerkte makke straathonden en de vele straatvegers en -veegsters in het centrum van de stad. We zien standbeelden, niet zozeer van politici en militairen, maar opvallend juist wel van dichters en schrijvers. En er is armoede. Wat denk je nu te verdienen aan de verkoop van een mandje bessen?


Vandaag bezochten we kleine fraai gelegen kloosters met inspirerende historie en ligging, Motsameta, Gelati en de kathedraal van Bagrati. Een van de vroegere koningen van Georgië koos als graf de poort van een dergelijk kloostercomplex, 'aan de voeten van zijn onderdanen'. Het was voor onze gids een plek die hem met trots vervult. Ook in Georgië hebben dinosaurussen letterlijk voetsporen nagelaten, eromheen is een nationaal park ontstaan, met conservering van de oorspronkelijke vegetatie. Een korte wandeling erdoorheen. De dag eindigde met een goede maaltijd en een goed glas wijn. Beter kunnen we het niet hebben!

 

                    

 

 

Dag 7

 

2003 was een cruciaal jaar voor Georgië. Het jaar van de rozenrevolutie. Daarvoor bittere armoede, daarna opbloei van economie en toerisme, start van presidentschap van Saakashvili, echtgenoot van de Nederlandse Sandra Roelofs. Onze gids vertelt erover. Hij is van 1991, maar kent de verhalen van zijn vader en grootvader. We hebben de tijd ervoor, want we rijden weer oostwaarts richting Tbilisi, een rit van zo'n drie uur. Rammelen dus weer, maar het lijkt vlotter te gaan dan heen.

 


Aan de hand van aantal souvenirshops kun je belang van een monument afmeten. Dan moet ons volgende object wel iets bijzonders zijn en dat is het ook. De kathedraal van Mtskheta. In de vierde eeuw is begonnen met de bouw. De huidige kruiskoepelkerk - een voor Georgië zeer typische bouwstijl – is tot stand gekomen in de elfde eeuw. Ook deze kerk is voorzien van allerlei symboliek. Hoog in een gevel een hand met een beitel. Of de architect had zijn werk niet goed gedaan en zijn hand werd afgehakt (versie van de gids), of hij had zijn werk zo goed gedaan dat zijn opdrachtgever wilde voorkomen dat hij ooit iets nog mooiers zou creëren (versie reisgids). Beeltenis van een pauw, symbool van verrijzenis van Christus en van elf apostelen. De plek van Judas is niet uitgehouwen en vlak gelaten. En de allegorische voorstellingen van de vier evangelisten. 


In de kerk is een kleinere kerk, een kopie van de kerk van het Heilige Kruis op de plaats van het graf van Christus in Jeruzalem. Een optie voor de pelgrims die een bedevaart naar die plek niet konden realiseren. En een fresco van het laatste oordeel waarbij gezichten van heiligen ooit door moslims zijn weggeretoucheerd. Koningsgraven van Gorgasali, stichter van Tbilisi en van de laatste koning van Georgië uit 1801. Een jaar later werd het land deel van het Russische tsarenrijk. 
 

Ik ga er vandaag wat dieper op in dan gister, men zou eens kunnen denken dat kerkinterieurs ons niet zouden boeien. Dat geldt misschien nog sterker voor de volgende kerk die we na lunch bezoeken, de 1500 jaar oude Jvari-kerk, die bovenop een vooruitgeschoven rotspunt ligt. Een zeer sober interieur. Enkele afbeeldingen van Nino, de stichtster (!) van de Georgische kerk, onderwerp van vele boeiende legenden. We worden weer getroffen door de diepe religiositeit van de vele aanwezigen. Enkelen vormen een bescheiden dameskoor, ze blijken uit Wladiwostok te komen. Je gelooft het haast niet. 


Terug naar Tbilisi, het ons reeds bekende hotel in de avondspits. Opnieuw verbazen wij ons over de stuurmanskunst van de buschauffeur. Hij krijgt een welverdiend applaus. En om toch wat spierarbeid te verrichten, lopen we de twee kilometer na het avondeten terug naar het hotel, dwars door de op dit moment zeer gezellige binnenstad.

 

 

Dag 8

Het belangrijkste exportartikel van Georgië is wijn. We gaan het zien. De bus schiet niet erg op, het verkeer verstopt de straten van Tbilisi. Als je er stil voor staat, valt des te meer op hoe achterstallig het onderhoud aan vele panden is. Er valt dus nog een hoop te doen. Helaas is er hier geen donorland als een West-Duitsland om een enorme financiële impuls te geven, zoals na de eenwording met de voormalige DDR.

Door de stad naar Kachetië, het wijnbouwgebied van Georgië. We hebben tijd in de bus voor een vragenuurtje van onze gids.
- Militaire dienstplicht bestaat. Hier 15 maanden, van 18 - 27 jaar. Je mag eerst je studie afmaken. Dat leidt er nog wel eens toe dat die studie lang kan duren.
- 200.000 studenten op 1,5 miljoen inwoners in Tbilisi.
- Gezondheidssysteem: geneesmiddelen vaak onbetaalbaar duur en ook hier zijn er wachttijden, behalve bij particuliere klinieken.
- Vier procent van de bevolking is moslim.
- Criminaliteit is laag. Tbilisi is safe en staat op de zevende plaats van de veiligste steden in de wereld. Prettig te horen natuurlijk.

We rijden stilaan het wijnbouwgebied binnen: wijde en uitgestrekte groene valleien. Aan de noordzijde begrensd door de bergrug van de Kaukasus met daarachter West-Dagestan en Oost-Azerbeidzjan. Een kleine karavaan Iraanse vrachtwagens wordt gepasseerd. Zijn we ook niet op het traject van de Zijderoute? Wat zouden die vrachtwagens nu vervoeren? Het zal geen wijn zijn. Er zijn ook wat meer oude roestige auto's van Russisch fabrikaat, zoals jeeps en Lada's - een gestolen ontwerp van Fiat - en minder BMW's en Mercedessen, zoals in Tbilisi.

Naar een wijngoed, Kindzmarauli. Geen kleintje, er worden per jaar twee miljoen flessen geproduceerd, waarvan 80% voor de export. Er werken 170 man. Apart is dat ze wijn maken volgens twee methodes, de Georgische en de Europese. De laatste kennen we, met grote roestvrijstalen ketels waarin de vinificatie plaats vindt. De eerste is een eeuwenoude Georgische methode en daarvoor worden grote ondergrondse aardewerken vaten gebruikt, de kvevri's. Ze hebben er in dit bedrijf tientallen van. Een wijnproeverij maakt natuurlijk deel uit van het bezoek.

 


Lunch bij eeen aardige familie thuis onder de veranda. Kippen scharrelen om de tafels heen, het is mooi weer. Op een houtvuurtje wordt vlees geroosterd. Speciaal voor gasten heeft de familie een toilet om een hoek in de tuin laten bouwen, conform vermeende toeristen standaard. En men schenkt eigengemaakte wijn en cognac. Dat is dan toch even iets anders dan zo'n wijnfabriek. De lunch is smakelijk. We lopen nog wat rond en zien dat men een eigen kvevri heeft vol witte druiven. Er mag in geroerd worden. Ook vandaag cultuur: naar een oud kasteel en een kerk van een van de koningen van dit gebied, de vesting Gremi. Tot slot bekijken we nog een landgoed met tuin in Engelse stijl van de oude adel van Georgië, het Chavchavadze museum, liefdevol en met aandacht ingericht en onderhouden, Engelstalig uitgelegd.

We hadden op deze reis niet alleen leden van afdelingen Hulst en Heerlen in ons gezelschap, maar ook gewestcoördinator NT&C Josette van Hooydonck van het gewest West-Vlaanderen met haar partner. Zij bedankte ons voor de door haar ervaren gastvrijheid maar maakte ook van de gelegenheid gebruik ons te attenderen op de volgende editie van het Festival van het Woord op 19 november in Kortrijk, Budafabriek / Dam 2 van 14 tot 18 uur. Waarvan acte.

 

 

Dag 9, de laatste dag!

 

Vanmorgen tijd gehad om even op je gemak rond te kijken in de stad, een fikse wandeling te maken, uit te slapen, of achter de balie van het hotel in te checken voor de terugvlucht. We zagen we op de TV al een reportage van een plechtigheid uit een kerk die ik herkende als de kathedraal van Mtsheka, die we deze week bezochten. En dan is je interesse natuurlijk gewekt. Een tijdje gekeken, indrukwekkend door de ingetogenheid van het ritueel. Het is vandaag een feestdag, een religieuze feestdag.

 

Tbilisi ligt in een rivierdal. Aan de zuidzijde begrensd door een vrij steile heuvelrug, waar je van boven af een magnifiek uitzicht hebt op de stad. Daar is natuurlijk handig gebruik van gemaakt. De eerste dag van ons verblijf hier zijn we met een kabelbaantje omhoog gegaan. Vandaag doen we dat met de Funicular, een kabeltrammetje, samen met onze gastvrouwen Nino, Elena, Cio en Anna. Halverwege de rit gaan we eruit. Er is een bezienswaardigheid, een kerkje, fraai in de helling gelegen.

 

 

 

Dat deze dag voor menigeen ook een trouwdag is, blijkt nu we bij dit kerkje arriveren. Ik heb ze niet geteld maar heb de indruk dat er zeker drie of vier bruidsparen aanwezig waren. De kerk hebben we dan ook niet kunnen bekijken, afgeladen vol als die was met bruiloftsgasten. Des te meer hadden we oog voor de bruidsparen, bruidsjongens en -meisjes en al hun families, fraai gekleed en graag voor ons poserend. Ook hier dus, de Georgiër betrekt je graag in zijn feestjes. De dag kan al niet meer stuk na deze hartverwarmende ontmoetingen. 

 

 

 

Op naar de top met mooie vergezichten, versnaperingen en groepsfoto's. Tijdschema al weer overschreden en by the way, het was vandaag alweer mooi weer. Dus naar beneden voor het volgende programmapunt, een bezoek aan de zwavelbaden. Het gaat dwars door de oude binnenstad en langs huizen in bedroevend deplorabele staat. We zagen hele straten waarvan de gevels gestut zijn. Op naar de vrolijkheid van het toeristische centrum. Het zwavelbad is weldadig. Het moet ook goed zijn voor de huid, zegt men. Dat geloven we graag. 


Dan volgt helaas al ons afscheidsdiner. Veel mooie woorden. Ook nog eens het verjaardagsfeestje van Marianne Spijkers. Nog een interview met de drie studentes door Frank Lafort, het wordt op Facebook gezet. Afscheid nemen doet pijn, ook nu. Het is niet anders. 

 


Het was een uitermate boeiende reis. Goed georganiseerd. Dank aan de dames, onze Georgische gids, de buschauffeur en natuurlijk Ruud Hagenouw en Harm Aalders, het zij hier nog eens herhaald. 
En de lezer van dit bescheiden verslag: dank voor zijn of haar belangstelling.

 

Jan Meindersma

Afdeling Heerlen

 


Reacties

  • Door Marc Hertens op 20-11-2017

    Proficiat, Afdeling Heerlen, met dit prachtige initiatief dat mooi aansluit bij jullie jarenlange samenwerking met Georgische docenten en studenten, die interesse tonen voor onze taal en cultuur, in het kader van het afdelingsproject NT&C. Het toont nogmaals de betrokkenheid van de afdeling bij de externe “neerlandistiek”, één van de kerntaken van ons genootschap.
    Marc Hertens, Gewestpresident Limburg



Terug naar overzicht »