Uittredend gewestpresident Brabant-West Frank Judo: "Het duurde even voordat ik mijn taken helder had"

De naam van het gewest Brabant-West is na drie jaar gewestpresidentschap van Frank Judo nog steeds niet veranderd in iets beters, al had hij zich dat wel voorgenomen bij zijn aantreden. Frank Judo heeft meer tijd in het Presidiumlidmaatschap moeten steken dan hij vooraf had verwacht. Al was dat ook omdat hij als advocaat en ervaren bestuurder verantwoordelijk was voor het redigeren van de statuten en het huishoudelijk reglement.
Wanneer werd je gewestpresident en sinds wanneer ben je dat niet meer?
1 september 2021 was mijn eerste werkdag als gewestpresident, 31 augustus 2024 mijn laatste.
Heb je je belangrijkste doelstellingen (zie het interview bij het aantreden) kunnen bereiken?
Het heeft eerlijk gezegd even geduurd vooraleer ik de taken van een gewestpresident helder had. In mijn ervaring weegt het lidmaatschap van het Presidium, waar het Bestuur en de gewestpresidenten samenkomen, eigenlijk zwaarder door dan de gewestelijke taken. Dat heb ik aan den lijve moeten ontdekken. De doelstellingen die ik had, zijn dan ook in die zin aangepast.
Waarop kijk je met de meeste voldoening terug en waarom?
Misschien wel op het minst inspirerende aspect van mijn passage in het Presidium, namelijk het redigeren van de statuten en het huishoudelijk reglement. Er is een oude verenigingswijsheid die zegt dat de meest efficiënte manier om een vereniging kapot te maken, erin bestaat haar statuten bij de tijd te brengen. Die oefening was echter onvermijdelijk geworden en ik denk dat we ze naar best vermogen hebben afgewerkt.

Wat was het meest ontroerende dat je als gewestpresident hebt meegemaakt?
De eerlijkheid waarmee Ruud Hagenouw motiveerde waarom hij het presidentschap neerlegde. Ik denk dat velen iets herkenden en toch wensten dat het niet waar was. Maar dit hoef je niet te plaatsen.
Wat had achteraf beter gekund of anders gemoeten?
Ik heb een enigszins wrang gevoel bij het te slapen leggen van de afdeling Asse. Dat had anders gekund en zelfs gemoeten. Corona heeft er zeker geen goed aan gedaan, maar het lijkt me verstandig sneller en misschien ook actiever in te grijpen om afdelingen te helpen die het moeilijk hebben.
Wat hebben de leden van je bestuur, de afdelingsbesturen en/of de leden van het gewest over je ontdekt de afgelopen jaren?
Dat ik enkel op tijd aankom als ik te laat vertrek. En dat mijn bezwaar tegen de gewestnaam 'Brabant-West' (zie het interview bij zijn aantreden) enkel en alleen het gevolg is van mijn gehechtheid aan de basisbeginselen van de Orde, die enkel kan gedijen in een algemeen Nederlands perspectief.
Wat heb je zelf geleerd tijdens het gewestpresidentschap?
Deze vraag zou ik combineren met de tweede, namelijk het helder krijgen van de taken van de gewestpresident.
Hoe diep is het zwarte gat nu en hoe ga je dat opvullen?
Ik ben er nog volop naar op zoek, naar dat zwarte gat. Sinds 1 september ben ik stafhouder van de Nederlandse Orde van Advocaten bij de Balie te Brussel en probeer ik een kleine 4.000 advocaten bij elkaar te houden. Door het onverwachte overlijden van de voorzitter, moet ik ook samen met de andere ondervoorzitter de Vaste Commissie voor Taaltoezicht ad interim leiding geven. En in het Instituut voor de Nederlandse Taal hebben we een nieuwe directeur gezocht en gevonden. Stuk voor stuk leuke opdrachten, maar ik probeer vooral de activiteiten van mijn afdeling bij te wonen.
Is er nog iets dat je het gewest of de Orde als geheel wilt meegeven?
De Orde is geen serviceclub. Punt.