Is het Engels een tweede taal in Nederland?

Is het Engels in Nederland de facto een tweede taal? Dat was de centrale vraag die Marinel Gerritsen, sinds kort portefeuillehouder NT&C in het Dagelijks Bestuur en emeritus-hoogleraar Intercultural Communication aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, vorige maand opwierp tijdens lezingen bij de afdelingen Zwolle en Arnhem. Er zijn wetenschappers die al decennia lang vinden dat Engels inderdaad de tweede taal in Nederland is. Volgens Marinel Gerritsen is dat echter niet het geval.

 

Marinel Gerritsen legde de positie van het Engels in Nederland langs de Meetlat van Kachru, die ontworpen is om te bepalen of het Engels in een land een tweede taal is. Bij het gebruiken van die meetlat wordt gekeken naar taalpolitieke aspecten, de domeinen waarin Engels wordt gebruikt, de mate waarin de hele bevolking het Engels beheerst, het gebruik van Engels in verschillende literaire genres en de vraag of het 'Nederlands-Engels' een eigen norm heeft ontwikkeld. Al sinds 1995 zijn er taalkundigen die menen dat het Engels in Nederland op weg is om een tweede taal te worden of het zelfs al is. Overigens zonder dat zij daar diepgaand onderzoek naar hebben gedaan. Volgens de Meetlat van Kachru is het Engels in een land pas de tweede taal als het, onder andere, een officiële status heeft en als er in de taalpolitiek veel aandacht aan wordt besteed. Marinel Gerritsen legde uit dat het Engels in Nederland géén officiële status heeft en dat er slechts weinig wetgeving is die aandacht besteedt aan het Engels in het basis- en voortgezet onderwijs.

Universitair onderwijs

In haar analyse concludeerde Marinel Gerritsen dat alleen in het universitair onderwijs (maar dan wel in belangrijke mate) en in de wetenschap (vrijwel volledig) het Engels de primaire taal is geworden. De belangrijke plaats van het Engels in het universitair onderwijs en de wetenschap laat zich verklaren door enerzijds de grote belangstelling voor de uitwisselingsprogramma’s van jongeren binnen Europa (de Erasmus- en Socratesprogramma's) en anderzijds het feit dat het collegegeld van buitenlandse studenten zeer lucratief is voor de universiteitsbesturen. In de overige vier domeinen van de Meetlat van Kachru (nieuwsuitzendingen van radio en tv, kranten, overheidscommunicatie en creatief schrijven) speelt Engels nauwelijks een rol, stelde Marinel Gerritsen. Om volgens de meetlat Engels als tweede taal te kunnen zien, had ook in die domeinen uitsluitend Engels gebruikt moeten worden.
 


 

Actieve beheersing

Nederland behoort volgens de English Proficency Index weliswaar bij de top 5 van 52 landen waar Engels als vreemde taal op B2-niveau wordt gesproken. Negentig procent van de Nederlanders zegt een gesprek in het Engels te kunnen voeren en 56 procent denkt een Engelse krant te kunnen lezen. Desalniettemin blijkt uit testen dat de actieve en passieve beheersing van het Engels lager is dan de Nederlanders zelf denken en dat er grote verschillen zijn tussen leeftijdsgroepen, opleidingsniveaus, stad en platteland. Het is dus niet zo dat de hele bevolking (goed) Engels spreekt, wat ook een 'voorwaarde' in de meetlat is. Het antwoord op de vraag of er verschillende literaire genres van het Engels zijn in Nederland, is daarenboven ondubbelzinnig: neen (tenzij men ook populaire liedjes als apart genre meerekent). De conclusie van Marinel Gerritsen was dan ook dat in Nederland het Engels nog geenszins de status heeft bereikt van een tweede taal. Ook is volgens haar het Nederlands niet in gevaar. Wel zou de Orde van den Prince volgens haar kunnen streven naar wetten die een bepaald maximumpercentage aan Engelstalige bachelors en masters zouden kunnen opleggen. Ook zou ernaar moeten worden gestreefd dat Nederlandstalige wetenschappelijke publicaties weer meegenomen worden in beoordelingen van wetenschappers.
 


 

Discussie

In de discussie naar aanleiding van dit betoog werd uitvoerig stilgestaan bij de voor- én nadelen van het lesgeven in het Engels in het hoger en universitair onderwijs. Maatschappelijke ontwikkelingen in de richting van verdere internationalisering zijn niet te stoppen en hebben invloed op de ontwikkelingen van onze taal. Wel werd er gepleit voor wetgeving (zoals in Vlaanderen) waarin percentages worden vastgelegd voor Engelstalige Bachelors en Masters. Er is nog geen onderzoek gedaan naar de status van het Engels in Vlaanderen.

 

Deze tekst is gebaseerd op het verslag dat de afdeling Arnhem op haar afdelingspagina heeft gezet. Ook de afdeling Zwolle schreef een verslag. Op die afdelingspagina is bovendien de zeer interessante Powerpointpresentatie van Marinel Gerritsen te vinden (waar de illustraties bij dit artikel vandaan komen).