Gedicht van de maand: skadugrafieë

Het Afrikaanstalige gedicht skadugrafieë is onlangs in Zuid-Afrika gepubliceerd in mijn dichtbundel Landluisteraar. Deze dichtbundel bevat woordkunst over visuele kunst, in Grieks bekend als ekphrasis. In het geval van Landluisteraar gaat het om een verzameling van gedichten over landkunstwerken van de Zuid-Afrikaanse landschapskunstenaar Strijdom van der Merwe. Hij maakt met een poëtische blik kunst in de vrije natuur. Zijn werk heeft daarom een sterk poëtische waarde die me bijzonder aansprak. Van der Merwe is collega van Nederlanders zoals Marinus Boezem en Paul de Kort.

 

 

Van al het natuurlijke materiaal waar Van der Merwe mee werkt, is schaduw zeker een van de moeilijkste. Schaduw is vervlietend van aard en bestaat alleen bij gratie van licht. Het suffix '-grafie' in de titel van het gedicht betekent 'schrijven'. Een biografie is een verslag van iemands leven. In skadugrafieë gaat het om meerdere verslagen. Aanleiding was een serie foto’s die Van der Merwe maakte van zijn eigen schaduw. Ik heb als titel van het gedicht een neologisme bedacht.

Het in kaart brengen van schaduwen ging in dit gedicht verder dan alleen maar selfies van de schaduwen die de kunstenaar werpt. Het gaat ook over de geschiedenis van het fenomeen schaduw. Iedereen in Europa is vertrouwd met Plato’s allegorie van de grot met het vuur als enige lichtbron die staat voor menselijke kennis in relatie tot zijn eigen realiteit. Voor mij als Afrikaan was het onbekend.

Ook relatief onbekend is dat schaduwen in de schilderkunst tot eind twintigste eeuw grotendeels genegeerd zijn. Misschien is het de schuld van de Grieken, die de schaduw zagen als een negatieve metafoor van de ziel met betekenissen zoals zwaar, donker, lelijk en dood? Hoe dan ook, in 1997 werd A Short History of the Shadow van Victor I. Stoichita gepubliceerd. Hij is professor Geschiedenis van moderne en contemporaine kunst, verbonden aan de Universiteit van Fribourg (Freiburg) in Zwitserland. Volgens de website van The Harvard University Centre for Italian Renaissance Studies is Stoichita ook lid van de Koninklijke Academie van België, maar van welke vertakking van de Koninklijke Academie precies is voor mij niet duidelijk.

Stoichita beschrijft het prachtige, maar vergeten liefdesverhaal van Plinius als de oorsprong van het eerste schilderij. Een schaduw valt op een muur tussen de Korinthische dienstmeid en haar geliefde. Hij staat buiten bij het raam te wachten op de geboorte van hun kind. Zij reikt naar hem uit en tekent met een vloeiende lijn zijn schaduw na als de geboorte van het allereerste schilderij.

Van der Merwe fotografeerde meerdere zelfportretten van schaduwen. Hij is een bedachtzame kunstenaar die de natuur liever achterlaat zoals het was. Voor een schaduw op gras of water of van achter een dikke boomstam hoeft hij geen tak van een boom te scheuren. Een onbeschadigd landschap maakt hem blij. Al wat hij wil bereiken met zijn kunst, is het zichtbaar maken van de schoonheid van de natuur. Met zich herhalende geluiden, contrasten en een homerisch vergelijkingspatroon wordt hij beschreven als een gelukkige kunstenaar die zich niet om zijn eigen vergankelijkheid bekommert. Misschien is het een les in levenskunst?

 

skadugrafieë
(ars longa, vita brevis)

om sy eie gees te deurgrond
staar hy na sy skadu grotesk op die gras
soos ’n grotmens van Plato
in konfrontasie van sélf met silhoeët
deins hy terug vir die swaar figuur
met die lig van agter
& die son op sy rug

om homself van sy donker kant te bevry
moet hy uitreik na ’n beeldedans
met rooi ysteroksied in sy hand
soos Plinius se pottebakkersdogter
na die skadu van haar minnaar
uitreik & dit omlyn
om geboorte te skenk aan die 1ste skildery

so vel hy homself horisontaal     is skadu*
& mens in mekaar vervleg vervlietend
op verdampende tekens van water

– gelukkig herhaal hy hom dupliseer
hy sy self verdamp & groet hy ons
spoorloos in die silhoeët van ’n boom   

Carina van der Walt
Afdeling Tilburg

 

 

 

 

 

 

* Noot van de redactie: De witte spaties in de eerste regel van strofe 3 zijn een stijlmiddel van Carina van der Walt dat of op een wisseling in perspectief of op een tijdsprong kan duiden.

 

Voor het februarigedicht is genomineerd: een Princevriend-dichter(es) uit een van de vele afdelingen van de Orde van den Prince (zie oproep daartoe in PrincEzine).

 

Foto boven het artikel: Selfportret met boom (2019) Strijdom van der Merwe in Neuchâtel, Zwitserland.