Uittredend gewestpresident Brabant-Oost en nieuw DB-lid Ruud Hendrickx: "De Orde is veel trekken en sleuren"

Achteraf gezien had Ruud Hendrickx gewild dat hij als gewestpresident nog zichtbaarder was geweest bij de leden in Brabant-Oost. Soms gaat het hem in de Orde allemaal wat langzaam en stroperig. Na zes jaar als gewestpresident is hij per 1 september aangetreden als DB-lid met als portefeuille communicatie. "De tijd dat mensen jou als genootschap vinden, is grotendeels voorbij. Zeker jongere mensen moet je nu zelf opzoeken waar zij zitten, bijvoorbeeld op de sociale media."
 

Wanneer werd u gewestpresident en sinds wanneer bent u dat niet meer?

Ik ben gewestpresident geworden op 1 september 2017 en na drie jaar herverkozen voor een tweede termijn. Op 31 augustus 2023 waren mijn zes jaar als gewestpresident afgelopen. Het heeft wat moeite gekost om een opvolger te vinden, maar het gewest is nu bij Karel Van Liempt in goede handen.
 

Heeft u uw belangrijkste doelstellingen kunnen bereiken?

Ik kijk zeker met tevredenheid terug op mijn jaren als gewestpresident. Ik had me voorgenomen een zichtbare gewestpresident te zijn, die geregeld de afdelingen bezoekt en het gewest ook een gezicht geeft. Dat past perfect in de rol van het gewest als schakel tussen de afdelingen en het Dagelijks Bestuur.

Ik had me voorgenomen om van het gewest een soort culturele serviceclub voor leden en niet-leden te maken, maar daar ben ik – helaas, vind ikzelf – maar ten dele in geslaagd. De belangstelling voor gewestactiviteiten heb ik na de coronaperiode gestaag zien afnemen. Ik had gehoopt dat Princeleden wat meer over het muurtje van hun eigen afdeling zouden kijken, maar dat lijkt niet zo goed meer te lukken.
 

Waarop kijkt u met de meeste voldoening terug en waarom?

Zonder enige twijfel was de Algemene Ledendag in Leuven in 2017 een waanzinnig succes. Organisatorisch was het een hele heksentoer om meer dan 600 deelnemers te ontvangen. Heel wat leden spreken me nu nog steeds aan over het programma dat we toen hebben kunnen aanbieden. Twee jaar later hebben we met 400 mensen uit het gewest het nieuwe AfricaMuseum in Tervuren bezocht. Ook dat was organisatorisch een flinke klus, waar iedereen die eraan heeft meegewerkt trots op mag zijn.
 

Wat was het meest ontroerende dat u als gewestpresident hebt meegemaakt?

Het optreden van Noemie Schellens en Maarten Vandenbemden op de gewestdag in Diest, in 2018. Van een mooie stem kan ik helemaal week worden.
 

Wat had achteraf beter gekund of anders gemoeten?

Ik had nog zichtbaarder kunnen zijn voor de leden van het gewest. Met de afdelingsbesturen had ik geregeld contact en af en toe stuurde ik wel eens een mail naar de bijna driehonderd leden van het gewest. Maar ik had nog meer direct met hen kunnen communiceren.

 

 

Wat hebben de leden van uw bestuur, de afdelingsbesturen en/of de leden van uw gewest over u ontdekt de afgelopen jaren?

Ik hoop dat alle leden hebben ontdekt dat de Prince me na aan het hart ligt en dat ik graag en met veel passie mijn beleving van de Nederlandse taal en cultuur met hen deel.
 

Wat heeft u zelf geleerd tijdens uw gewestpresidentschap?

Dat je moet trekken en sleuren om in de Prince iets voor elkaar te krijgen. Dan ben ik geneigd om alles dan maar zelf te doen. Dat zou ik nog verder moeten afleren.
 

U bent sinds september portefeuillehouder communicatie in het Dagelijks Bestuur. Hoe is dat gegaan?

Ik ben gestopt als gewestpresidentschap omdat dat na zes jaar automatisch ophoudt. In het Presidium, waar het Dagelijks Bestuur en de gewestpresidenten bijeenkomen, heb ik bij mijn afscheid aangegeven dat ik zeker nog lid van de Communicatie-Cel wou blijven. En kijk, president Ruud Hagenouw heeft me dan maar meteen gevraagd of ik tot zijn bestuursploeg wou toetreden. Daar heb ik geen seconde over getwijfeld.
 

Waar staan we als Orde van den Prince op het gebied van interne en externe communicatie?

De Prince heeft uitstekende communicatiekanalen, zoals de website, PrincEzine en Noord & Zuid. Maar die kanalen zijn vooral op de leden gericht en te weinig op de buitenwereld. Als we de Prince bekender willen maken bij het grote publiek, dan zullen we ook moeten communiceren via kanalen waar jongere potentiële leden zitten. De tijd dat mensen jou vinden, is grotendeels voorbij. Zeker jongere mensen moet je nu zelf opzoeken waar zij zitten, bijvoorbeeld op de sociale media. We moeten ook andere communicatiemiddelen dan tekst inzetten en ook in beeld en geluid communiceren.
 

Wat wilt u over drie jaar zeker bereikt hebben als DB-lid en hoe denkt u dat te gaan realiseren?

De Princeleden moeten over drie jaar trots zijn op hun lidmaatschap van de Orde. Dat wil ik bereiken door in PrincEzine veel aandacht te besteden aan de leden zelf. Wie zijn ze? Wat hebben ze gedaan? Of beter nog: wat gaan ze doen? En dat laatste dan ook uitnodigend aan andere leden: doe daaraan mee.
 

Is er nog iets dat u uw gewest of de Orde als geheel wilt meegeven?

We mogen nooit vergeten dat we een organisatie van vrijwilligers zijn, die in hun vrije tijd graag bij elkaar komen, ook om iets bij te leren. We zijn verspreid over ruim negentig afdelingen, maar tegelijk zijn we één groep. Ook de mensen die in een gewest of het Dagelijks Bestuur een bestuursfunctie opnemen, zijn vrijwilligers en zijn leden van een afdeling. Er is heus geen kloof tussen de afdelingen en 'Antwerpen'.

 

Terug naar de PrincEzine (op de website)? Klik hier.