Is de Joodse exodus uit Egypte echt gebeurd?

 

De exodus van de Joden uit Egypte heeft een prominente plaats in de Bijbel. Het verhaal behoort tot ons cultureel erfgoed. Maar heeft die exodus ook daadwerkelijk plaatsgevonden en onder welke farao was dat dan? Kunnen de plagen echt gebeurd zijn? En wat met het Rode Zeeverhaal? Bij de afdeling Haspengouw ging egyptoloog Marleen Reynders (KU Leuven) in op de laatste archeologische ontdekkingen, tekstvondsten en nieuwe wetenschappelijke inzichten om deze vragen te beantwoorden.

 

 

Eeuwenlang heeft men de exodus van de Joden uit Egypte als een historische gebeurtenis beschouwd. In de Hebreeuwse Bijbel redt Mozes zijn volk Israël uit Egypte en leidt het naar het Beloofde Land Kanaän. Deze migratie was niet gericht op integratie aldaar, integendeel. De Bijbelteksten geven aan dat het volk Israël 'anders' is en juist dat vormt hen tot een eigen entiteit.
 

De Levant

De Levant is de historisch-geografische naam voor het deel van zuidwest-Azië dat het kruispunt is van drie continenten. Het gebied grenst aan de oostelijke Middellandse Zee en is vanouds een doorgangsgebied voor rondtrekkende nomaden, economische migranten en reizende handelaren. Kanaän ligt in het westelijke deel ervan. In de oudheid was dit een economisch bloeiend gebied met een amalgama van stammen, talen en culturen. Door zijn rijkdom en strategische ligging was het het strijdtoneel van machtige mogendheden zoals Egyptenaren, Hettieten, Perzen, Grieken en Romeinen.
 

Egyptenaren

Na een honderdjarig Hyksosbewind in Egypte van 1650 v.C. tot 1550 v.C. veroverden de Egyptenaren het gebied. Ze verdreven een deel van de Levantijnen en bouwden een sterke bufferzone van de Nijl tot aan Babylon. De sterke militaire activiteiten stimuleerden economische ontwikkelingen. Er ontstonden stadstaten met een economisch hinterland, die werden bestuurd door een lokale vorst. Bewoners werden ingezet voor arbeid en dienstverlening, gevangenen dienden als slaven. Tekstarchieven tonen brieven van schatplichtige stadstatenvazallen aan de koning.
 

Oorsprong

Kan het zijn dat de verdreven Levantijnen aan de oorsprong liggen van het latere Israëlitische volk? Uit archeologische vondsten en geschriften blijkt dat het merendeel van de bevolking er is gebleven. Toch is het mogelijk dat het uitdrijvingsverhaal van de Levantijnen in het collectieve geheugen is blijven hangen.
 

Oppermachtig

De periode waarin Egypte oppermachtig was in dit gebied heeft 400 jaar geduurd. De twee meter hoge Merenptah Stèle uit 1208 v.C., gevonden in 1896, beschrijft de vernietiging van de stadstaten in Kanaän en geeft de oudst bekende verwijzing naar het bestaan van het volk Israël: "Israël ligt braak; zijn zaad bestaat niet meer." Blijkbaar was dit volk betrokken geraakt bij een gewapend treffen met de farao.
 

Graanvoorraden

'Zaad' kan duiden op nageslacht, maar evengoed ook op graanvoorraden. Het geeft in ieder geval aan dat het volk Israël als agriculturele socio-etnische entiteit zijn wortels diep in het gebied van Kanaän had en een significante politieke macht was. Deze vermelding is van bijzonder belang omdat de eerstvolgende buitenbijbelse vermelding te vinden is op de Mese Stèle uit de 9e eeuw v.C.
 

In de voetsporen van Mozes

Voor het verblijf van de Israëlieten in Egypte zijn geen buitenbijbelse aanwijzingen gevonden. In de Bijbel worden Egyptenaren echter afgeschilderd als slavendrijvers. De Israëlieten moesten de voorraadschuren bouwen en zware arbeid verrichten, wat het beeld oproept dat Egyptenaren wreedaardig zijn en de Israëlieten hun slachtoffer. Slavernij bestond toen overal en kende veel gezichten.

 

 

Slavernij

De taal uit die tijd heeft geen specifiek woord voor slavernij. Men kende wel een algemeen woord voor arbeid: 'Bak-Hem' in Egypte en Ebed' in Israël. Deze woorden slaan op werknemer, dienaar, dienstverlener. Er was verplichte legerdienst, dwangarbeid en huishoudelijk werk. We weten dat er een Levantijn benoemd werd als chef van de voedselvoorraad. Nergens in Egyptische of andere buitenbijbelse bronnen wordt een slavernijleven van een heel volk vermeld.

 

Mozes

Volgens de Bijbel werd Mozes geboren terwijl zijn hele volk slaaf was. Het verhaal toont vanaf het begin de belangrijke toekomst van dit kind: het werd gevonden door een Egyptische prinses. Na zijn vlucht in de woestijn kreeg Mozes in een visioen een opdracht van God: "Verlaat Egypte". Mozes kan dat doen omdat Jahweh hem helpt met machtige magie. Aanvankelijk kunnen de Egyptenaren nog weerwerk bieden, maar later niet meer. Er komen grote horden sprinkhanen en zandstormen, rampen die op zich verklaarbaar zijn en in het echt zeker zijn voorgekomen.
 

Jahweh

De plagencycli worden echter selectief gestuurd door Jahweh en de Israëlieten zelf worden beschermd. Het woord 'plaag' verwijst naar 'slag, stoot of wonder'. Plaag werd later vertaald als 'kwelling, ramp, ziekte', iets waar mensen geen vat op hebben. Wij lezen de Bijbel in het Nederlands, maar het Hebreeuwse woord 'plaag' betekent 'teken' of 'wonder'.

 

 

Rietzee

De Bijbel zegt dat het hele volk vertrok en dat de farao hen met een leger achtervolgde. Jahweh zette wederom magische krachten in door het water in de Rode Zee te splijten. De verwijzing naar de Rode Zee komt van de Griekse vertaling, gebaseerd op rode kusten. Het Hebreeuwse woord 'Yan Süf' betekent 'Rietzee'. Het werd abusievelijk vertaald als Rode Zee. Waarschijnlijk ging het echt om meren in de Nijldelta die door overstromingen van de Nijl elk jaar groter en weer kleiner werden.
 

Veertig jaar

De zwerftocht van veertig jaar door de woestijn heeft een theologische functie. Het is een leerschool. Er is geen enkel bewijs gevonden van het Bijbelse verhaal over de verovering van Kanaän door de legers van Jozua, de opvolger van Mozes.
 

Het volk Israël

De kernvraag is dan: wie waren de Israëlieten en waar kwamen ze vandaan? Opgravingen naar de oorsprong van het oude Israël laten zien dat er in het gebied vanaf de 12e eeuw v.C. veroveringen waren door omringende zeestaten, de zogenaamde zeevolkeren. De bewoners trokken de heuvels in, weg van de gevaarlijke steden, weg van overheersing en weg van zware arbeid en slavernij.
 

Egalitaire samenleving

Er ontwikkelden zich in die heuvels nieuwe kleinschalige initiatieven van families, clans en nomadische groepen. Uit die egalitaire samenleving is Israël ontstaan. Het was een sociaal amalgaam van ontheemden die zich in de verder gelegen heuvels vestigden. De autochtone bevolking en culturen van Kanaän vormen dus het proto-Israël. Geen uittocht uit Egypte, maar een volk dat voortkomt uit de autochtone bevolking en culturen van Kanaän. Het waren mensen die om sociaaleconomische problemen waren wegtrokken en nieuwe nederzettingen stichtten.
 

Exodusverhaal

Waarom verwijst het exodusverhaal naar de vlucht uit Egypte? Vanwaar die claim op het beloofde land? Zoeken naar de historiciteit van de exodus is de verkeerde vraag, stelde Marleen Reynders. De vraag is: voor wie werd het exodusverhaal geschreven? Wanneer? Door wie? Er zijn vele auteurs die aan de teksten geschreven hebben. De oudste bewaarde teksten zijn de Dode Zee-rollen uit de achtste eeuw voor Christus. Tien eeuwen lang werd er geschreven aan van generatie op generatie overgedragen teksten. Ze groeiden aan en ontwikkelden zich verder. De Bijbel is een amalgaam van teksten.

 

 

Ballingschap

Tijdens de Babylonische ballingschap rond 586 v.C., toen het de Israëlieten werd toegestaan hun geloof te belijden, werden de verschillende teksten samengebracht om de eenheid in geloof van het zich verspreidende volk te bewaren. Het is een existentiële reflectie op contacten met oude beschavingen. Het geeft een identiteit aan een groots volk. Men ging nadenken over de context van hun eigen religie en maakte een doelbewuste keuze voor een monotheïstisch geloof, geworteld in ballingschap. Eén volk, één God, één tempel in Jeruzalem.
 

Corporate story

Het Oude Testament is identiteitsvormend. Het is de corporate story van de Israëlieten, een wissel van historische teksten naar geloofsteksten. Het zijn didactische teksten, die vertrouwen moeten oproepen. De auteurs waren op de hoogte van de hoogtepunten van hun geschiedenis. Exodus is een metaverhaal, een groots verhaal, waarvan de delen verwijzen naar historische en culturele collectieve herinneringen. Aan de basis van het exodusverhaal liggen de slavernij in Egypte en de uittocht uit Egypte naar Kanaän. In het echt was er een exodus naar het heuvelland door Kanaänieten en een ontworsteling aan Egyptische overheersing. Maar men heeft dit deel van het historische feit overgeplaatst naar het land van de onderdrukker: Egypte.
 

Migratie

Ontworsteling aan die Egyptische dominantie is de kern van het exodusverhaal. De exodus is het verhaal van migratie. Uiteindelijk ging het volk wonen in Kanaän, sterk gescheiden van andere stammen. De Israëlieten claimen hun land op basis van goddelijke toewijzing en veel minder als resultaat van de geschiedenis. De exodus herinneren is het verbond met Jahweh herinneren. Het exodusverhaal is een existentiële reflectie, een oorsprongsverhaal bij uitstek. Het geeft hoop op een beter leven: één volk, één God, één tempel. De Bijbel kunnen loslaten als historisch verhaal maakt dat de inhoud gaat spreken.
 

Anne van den Berg
Secretaris van de afdeling Haspengouw

 

Marleen Reynders is auteur van het boek 'Exodus, de impact van een Bijbelse migratie', Uitgeverij Sterck en De Vreese, ISBN:978 9056155902.

 

Terug naar de PrincEzine (op de website)? Klik hier.