Verengelsing op de Dag van den Prince: een Amerikaans koloniaal project of valt het wel mee?

Is de verengelsing een Anglo-Amerikaans neoliberaal koloniaal project dat tot een rampzalige tegenstelling gaat leiden tussen hoogopgeleiden en laagopgeleiden? Of is het Nederlands sterk genoeg om zich tegen 'indringers' te kunnen weren? Dat was dé vraag op de Dag van den Prince die begin oktober in Genk werd georganiseerd. De sprekers wisten wat ze ervan vonden. De deelnemers zijn er nog niet helemaal uit…

 

Zoals inmiddels bijna een traditie is geworden, werd de Dag van den Prince geopend door de burgemeester. De Genkse burgervader Wim Dries heette de 182 leden, 70 partners en 4 genodigden (niet-leden) welkom in zijn 'warme en verdraagzame stad'. Ook een diverse stad, legde hij uit, dankzij de inmiddels gesloten steenkolenmijnen. Zo'n 60% van de inwoners is van 'andere origine', bij de jeugd is dat zelfs 70%. Naast het mijngebouw waar de Dag van den Prince plaatsvond, werken nu zo'n 400 onderzoekers van diverse universiteiten en onderzoeksinstituten aan hernieuwbare energie. "Zij bouwen aan onze toekomst", vatte de burgemeester het samen.

President

President Jan Van Daele zat als stadsgids in Bremen en sprak de zaal via een video toe. "Ik kan er helaas niet zelf bij zijn vanwege verplichtingen die ik ben aangegaan voordat ik kandideerde als president", verontschuldigde hij zich. Hij benadrukte het belang van het werven van nieuwe leden en het betrekken van de leden bij de vereniging. Hij hoopte snel met vele Princevrienden fysiek contact te hebben. Als initiatiefnemer van de Prince-Academie kon hij het niet laten nog even te benoemen dat de leden elkaar natuurlijk ook digitaal kunnen ontmoeten…

 

 

Video

Als intermezzo volgde een korte video van de Nederlandse dichteres, muzikante en spokenwordartieste Lisette Ma Neza. Het ging over taal. Dat de 'c' een 's' kon zijn, maar ook een 'k'. Over zachte en harde g's. Over korte ei-en en lange ij-en. Over woorden die klinken als klanken, zoals sissen en pissen. Kortom, het was een ode aan de Nederlandse taal.

Academische zitting

Na deze opwarming was het tijd voor de academische zitting. De eerste spreker was Koen van Gulik, tot vorig jaar uitgever bij uitgeverij De Wereldbibliotheek en auteur van het boek Against English - een pleidooi voor het Nederlands. Hij begon met de vaststelling dat er in het Nederlands steeds meer spaties gebruikt worden, in navolging van het Engels. Boekwinkel wordt boek winkel en treinstation wordt trein station. WhatsApp schrijft het inmiddels in het Nederlands automatisch met een spatie… 'Sale' is inmiddels ook een Nederlands woord geworden. Wie gebruikt nog het woord 'uitverkoop'?

Amerikanisering

Koen van Gulik zag dit alles als onderdeel van een proces van amerikanisering. "In steden als Amsterdam en Utrecht word je bijna standaard in het Engels aangesproken. Universitaire colleges Nederlandse of Franse taal moeten in het Engels gegeven worden. Nederlandstalige wetenschappelijke artikelen tellen niet mee op de palmares van Nederlandse wetenschappers. Waar is dat allemaal goed voor?"

Uitgeverswereld

Zijn voormalige werkgever De Wereldbibliotheek gaf, aldus Koen van Gulik, 'volksverheffende, goede en goedkope literatuur' uit van 'eigenzinnige auteurs uit landen als Indonesië, Zuid-Afrika en Vlaanderen'. Maar in de uitgeverswereld is het verder Engels wat de klok slaat. Van Gulik omschreef het als een 'Anglo-Amerikaans neoliberaal koloniaal project'. "Verengelsing leidt tot verdringing en dus vervanging van waarden. Taal is het cement van een gemeenschap."

Tweedeling

Dat het Engels steeds meer doordringt in de Nederlandse economie heeft ernstige gevolgen, stelde Koen van Gulik. "Er is een tweedeling ontstaan. De hoogopgeleiden profiteren ervan dat onze economie 'aantrekkelijker' wordt voor investeringen. Maar voor de laagopgeleiden, die weinig Engels of zelfs niet zo goed Nederlands kunnen, is de wereld bedreigend geworden. 'Upward mobility' is voor de 2,5 miljoen Nederlandse en 800.000 Vlaamse laaggeletterden vrijwel uitgesloten."

Marktwerking

De liberalisering van de maatschappij ziet Koen van Gulik niet als iets positiefs. "Marktwerking zou alles gaan oplossen, de overheid trok zich terug. Het gevolg is dat de cohesie van de samenleving werd verzwakt. De overheid vond dat de burger maar zelfredzaam moest zijn. Maar de overheid vond ook dat diezelfde burger niet te vertrouwen was en dus gecontroleerd moest worden. En toen hadden we ineens de toeslagenaffaire."

Contract

Ook zijn eigen vak heeft hij zien veranderen. "Een contract met een auteur was bij De Wereldbibliotheek in 1998 acht pagina's. We gingen uit van vertrouwen. In de VS en het VK waren contracten toen al volledig dichtgespijkerd. Contracten over bijvoorbeeld vertaalrechten waren tientallen pagina's lang. Met draconische sancties op overtredingen. Contracten van De Wereldbibliotheek zijn nu ook een stuk langer. En er wordt sneller naar de rechter gegaan. Het onderlinge vertrouwen is afgenomen."

 

 

Politiek

In de politiek en de entertainmentindustrie ziet Koen van Gulik de verengelsing ook terug. "Er zijn nu veel boeken over de Amerikaanse presidentsverkiezingen. Logisch, want daar is een markt voor. Nog even en Nederlanders weten meer over de Amerikaanse politiek dan de Nederlandse. Politiek is 'messaging in sound bites' geworden. Het mag niet te lang en ingewikkeld meer zijn. Je gaat de straat op met 'goodies'. Aanbellen heet 'canvassing'. En alles met buttons natuurlijk."

Eurovisiesongfestival

In 1973 werd afgeschaft dat er op het Eurovisiesongfestival in de eigen taal moest worden gezongen. "Het jaar daarop won Abba met het Engelstalige liedje Waterloo. Twee derde van de muziek op de Nederlandse radio is Engelstalig. Op de televisie is het de helft. En een groot deel van het Nederlandstalige deel is nieuws en praatprogramma's. Series en films komen uit de VS of Engeland."

Tweetalige opleiding

En dan is er nog het onderwijs. "Een op de vijf scholen in Nederland heeft een tweetalige opleiding. In Vlaanderen is dat 1 op 33. In het Nederlandse hoger onderwijs is een kwart van de bachelorvakken en driekwart van de mastervakken in het Engels. In Vlaanderen is dat respectievelijk tussen de vijf en tien procent en tussen de twintig en dertig procent. Vlaanderen heeft iets te verliezen…"

Boekenmarkt

Nog even terug naar zijn eigen vak. "In een krimpende Nederlandse boekenmarkt zijn zes van de tien boeken vertalingen uit het Engels. Twee tot drie boeken zijn oorspronkelijk Nederlands. Een op de tien komt dus uit alle andere talen. Er is daarentegen wel groei in het aantal Engelstalige boeken. Boeken lijken ook steeds meer op elkaar: korte zinnen, het speelt in Amerika, een familiegeheim, een beetje oorlog en een happy end in Europa. 'We volgen de markt', wordt dan gezegd. Maar die markt wordt gemáákt door de uitgeverijen. Je moet het publiek als uitgeverij nieuwe waarden door de strot duwen."

 

 

Elena Ferrante

Uitgeverij De Wereldbibliotheek gaf in Nederland de Italiaanse romanschrijfster Elena Ferrante uit. "In een oplage van 1200 exemplaren. Het werd nergens besproken. Tot de schrijfster in de New York Times op het schild werd gehesen. Toen verkochten we er ineens een half miljoen van."

Gezamenlijke oplossing

Onderhandelingen in het Engels zijn volgens Koen van Gulik vooral competitief, gericht op 'the winner takes it all'. "In het Nederlands zoek je meer een gezamenlijke oplossing, ga je ervan uit dat iedereen het beste af is als iedereen er wat aan heeft. De Amerikaanse nadruk op individuele prestaties en succes is geen goede zaak. Je ziet dat het leidt tot depressies en burn-outs bij jongeren. Je ziet een afname in vrijwilligerswerk en het verenigingsleven. Burgers roeren zich wel, maar dan voor zichzelf, hun eigenbelang. Dat is geen goede zaak. De atomisering van de samenleving gaat ten koste van onze gedeelde identiteit. Ik pleit voor diversiteit. Europa is diversiteit. Leve het Nederlands. Leve Europa."

 

Jan Hautekiet

De tweede en laatste spreker op de academische zitting was de Vlaamse radiomaker, muzikant en schrijver Jan Hautekiet. De titel van zijn betoog: de verenglishing van het Nederlands. Voor VRT maakte hij niet alleen muziekprogramma's, maar ook een reeks uitzendingen over de heerlijk helder-taalgebruikcampagne van de Vlaamse overheid. Het leidde in 2015 tot het samen met de schrijfster Ann De Craemer geschreven boek Weg met krommunicatie - Heerlijk helder, waarin wordt uitgelegd waarom mensen wollige taal gebruiken en waarom het voor henzelf en hun publiek beter is dat ze dat niet doen.

Oprukken

Ook Jan Hautekiet ziet het Engels oprukken, ook al is het, naar zijn zeggen, niet zijn doel om daartegen ten strijde te trekken. Zo zag hij onlangs bij VRT een vacature voor een 'solution engineer' voorbijkomen. Stakeholder management noemde hij zelf consequent belanghebbendenbeheer. Nieuw is verengelsing volgens Jan Hautekiet niet. "Kaashandelaar Frans Laarmans kwam in de novelle Kaas van Willem Elsschot uit 1933 na lang wikken en wegen uit op General Antwerp Feeding Products Association als de beste naam voor zijn bedrijf. Algemene Kaashandel was niet goed genoeg. Commerce Général de Fromage was wel chiquer, maar ja, er moest ook nog ergens 'Hollande' in en hij verkocht niet alleen Nederlandse kaas, dus Commerce Général de Fromage Hollandais was het ook niet."

Gemakzucht

Verengelsing is volgens Jan Hautekiet soms ook gemakzucht. "Dan is er geen ander woord of we begrijpen elkaar met die woorden goed. Het wordt pas een probleem als Engelse managementtaal de vergaderzaal uitgaat en er een boodschap naar de werkvloer moet." Hij heeft het gevoel dat in Vlaanderen de antennes meer gericht zijn op verdachte talen die niet de onze zijn dan in Nederland, uiteraard dankzij lang verzet tegen de indringing van het Frans. "De vorige spreker zei dat taal een wapen is. Dat begrijp ik. Maar als taalgebruiker en taalliefhebber huiver ik daarvoor. Taal moet ook veel plezier en voldoening verschaffen."

Académie française

Hoe moeten we met verengelsing omgaan? Ook Jan Hautekiet worstelde met deze vraag. "Willen we een Académie française, die als een moederkloek over de zuiverheid van de taal waakt? Willen we voor alle Engelse woorden een eigen variant?" Zelf stond hij er nogal soepel in, zo bleek. "Ik denk dat we bij nieuwe Engelse woorden gewoon even moeten wachten om te zien of we een Nederlands alternatief kunnen verzinnen. Sowieso denk ik dat het Nederlands van over vijftig jaar niet het Nederlands van nu is. Engelse woorden zullen daarin een vaste plek hebben gekregen."

'Nogal nice'

Vlaamse jongeren doen dat nu al, constateerde opa Hautekiet. "Dingen zijn niet meer 'cool' en 'catchy', maar 'nogal nice' of 'redelijk nice'. Of 'nogal ça va'. Ik ga dat niet zeggen. Mijn kleinkinderen doen het wel." Uiteindelijk heeft Jan Hautekiet het gevoel dat het nog niet zo erg is met die verengelsing. "In de muziek blijft het Nederlands toch overeind. Er komt ook veel verrijking en inspiratie uit de Angelsaksische wereld. Ik denk dat het taalvat zich aan het verruimen is. Er komen dingen bij. En uiteindelijk denk ik dat het Nederlands goed bestand is tegen indringing. We moeten met verdraagzaamheid kijken naar de invloed van het Engels op de Nederlandse taal."

Gouverneur

Ter afsluiting van de academische zitting sprak de Limburgse gouverneur en Genkenaar Jos Lantmeesters de aanwezigen kort toe. Hij heette iedereen welkom in 'de culturele hoofdstad van de provincie Limburg' en stelde vast dat voor sommige Limburgers 19 april een rouwdag is, sinds de scheidingsdag 19 april 1839. "Het is goed om terug te kijken naar de verbondenheid met de andere kant van de Maas. Goede economische en culturele samenwerking is er al en het is goed de taal die ons verbindt in ere te houden. Dat is ook goed voor onze dialecten."

 

Steenkolenmijn Waterschei

Na een lunch met soep en goedgevulde broodjes werden de deelnemers in vier groepen opgedeeld voor het middagprogramma. Eén groep bezocht het hoofdgebouw van de voormalige steenkolenmijn Waterschei, waar de Dag van den Prince plaatsvond. De op dat moment zwaar verlieslatende mijn werd in 1987 gesloten. Het hoofdgebouw, waar onder andere de directie, de administratie en de ingenieurs werkten, werd uiteindelijk een congrescentrum. De voormalige werkkamer van monsieur le directeur, zoals hij genoemd werd, is nu de duurste vergaderkamer die er gehuurd kan worden. Tussen 1917 en 1992, toen de laatste mijn dichtging, werd zo'n 440 miljoen ton steenkool naar boven gehaald. Er zit nog minimaal 800 miljoen ton in de grond, maar importeren uit de Verenigde Staten, waar ze aan dagbouw doen, is goedkoper.

 

 

Natuurwandeling

Gezien het prachtige weer was ook de natuurwandeling rond de twee terrils (hopen mijnafval) populair. Een van de bergen was begroeid, de andere niet. De gids ging uitgebreid in op de natuur, maar ook op de verschillende gesteenten die uit de mijngangen zijn gehaald en nu dus op de terrils liggen. Wolven hebben de deelnemers aan de natuurwandeling niet gezien, maar de gids had dat in het recente verleden één dorp verder wel meegemaakt.

 

 

La Biomista

De derde groep werd met bussen naar het 24 hectare grote domein La Biomista gebracht, het levenswerk van kunstenaar Koen Vanmechelen, een 'evoluerend kunstwerk over de mix van het leven'. Het is duidelijk dat deze kunstenaar een groot maatschappelijk engagement heeft. Hij kruist er bijvoorbeeld kippen tot ze een betere voedingswaarde hebben en geeft die dan weg in landen als Tanzania, waar ze er vervolgens verder mee kunnen kweken. Met de opbrengst van zijn conceptuele kunst ondersteunt hij ook sociale projecten in steden als Detroit, waar het verdwijnen van de auto-industrie heeft geleid tot grote armoede.

 

 

Technologiepark

De laatste groep deelnemers bleef op het terrein van de steenkolenmijn, maar bezocht de T2-campus, een technologiepark dat is gespecialiseerd in slimme energie en slimme maakindustrie. Normaal bezoeken veel middelbare scholieren, die voor de STEM-richting gekozen hebben, de site. STEM staat in goed Nederlands voor Science - Technology - Engineering - Mathematics. Als het aan de rondleider ligt, werken er in de toekomst in plaats van zesduizend mijnwerkers zesduizend wetenschappers.

 

 

Speeches

Het werd intussen bijna tijd voor de borrel en de zeer rijkelijk rondgebrachte hapjes. Maar, naar goede traditie, eerst nog wat speeches. Hoofdredacteur Willy Martin van Noord & Zuid, 'het uithangbord van de Orde', deed een oproep om suggesties voor verbeteringen van 'uw lijfblad' vooral aan de redactie door te geven. Karel Van Liempt vatte de stand van zaken samen rond het uitreiken van de Prijs van den Prince. Hij kondigde aan dat alle leden binnenkort een mail gaan krijgen, waarna zij, met bijbehorende motivatie, mochten stemmen welke van de vijf genomineerde woordkunstuitingen de beste is. Gewestpresident Limburg Peter Lepez bedankte alle organisatoren. Voormalig president Ruud Hagenouw blikte inhoudelijk terug op de dag die bijna afgelopen was. En tot slot inspireerde vicepresident Eliane Boileau de aanwezigen met een erg enthousiast gebracht gedicht. Waarna het toch echt tijd was voor de amicitia…

Elwin Lammers
Eindredacteur PrincEzine

 

 

 

Foto boven het artikel: Spreker Koen van Gulik.

Foto's: Jos Stevens, Linda Vanormelingen, Elwin Lammers en Jos Van der Donck (genodigde - hopelijk binnenkort lid)

 

Terug naar de PrincEzine (op de website)? Klik hier.