Damien Hirst tentoonstelling van 50 miljoen euro in Breda

Een maand voor de Biënnale in 2017 organiseerde Damien Hirst in Venetië zijn grote tentoonstelling 'Treasures from the Wreck of the Unbelievable'. Men schat dat hij meer dan 50 miljoen euro in deze expositie heeft geïnvesteerd. Jarenlang is er in het geheim gewerkt aan dit project, dat gebaseerd is op een prachtig en volstrekt uit de duim gezogen verhaal. Jan Schippers, oud-leraar Nederlands en kunstgeschiedenis in Oosterhout en organisator van kunst- en cultuurreizen, sprak er eind vorig jaar over bij de afdeling Breda, begeleid door een prachtige diapresentatie.

 

In 2008 werd, zogenaamd, in de Indische Oceaan een groot wrak ontdekt van een vrachtschip dat daar zo'n 2000 jaar geleden was gezonken. Aan boord bevond zich een ongelooflijke schat van sieraden, munten en gebruiksvoorwerpen. Maar vooral vond men veel beelden, van klein tot gigantisch groot, in brons, marmer, graniet, goud en zilver. Van over de hele antieke wereld zouden die bij elkaar gebracht zijn door een slaaf die na zijn vrijlating een groot fortuin vergaard had. Zijn bedoeling was dit alles met het schip de Apistos (‘The Unbelievable’) te vervoeren naar een nog te bouwen tempel. Maar helaas zonk de boot dus. De inhoud van dit schip werd vervolgens door Damien Hirst, na gedeeltelijke restauratie, getoond op twee exposities. Aldus het verhaal achter de expositie in het monumentale Palazzo Grassi aan het Canal Grande en in het prachtig gerenoveerde pakhuis aan de Punta della Dogana, beide in het bezit van de gigantisch rijke Franse kunstvriend van Hirst, François Pinault.

 

Inspiratie

Zijn inspiratie vond Damien Hirst in de Griekse, Indiase, Romeinse en ook Amerikaanse kunst. Nog tijdens de tentoonstelling zijn alle kunstwerken verkocht. Veel van de objecten heeft Hirst wel zelf bedacht, maar door ambachtslieden laten uitvoeren. Zo stond er een hoofd van Medusa tentoongesteld, gemaakt van malachiet. Bij bewerking van malachiet komt giftig poeder vrij en daarom liet Hirst de uitvoering over aan gespecialiseerde Indische ambachtslieden. Een door Hirst gemaakte reus in brons was te zwaar om in Venetië geplaatst te kunnen worden, dus er stond een kopie in lichter materiaal. De echte bronzen reus staat nu in een casino in Las Vegas. Er stonden op de tentoonstelling ook beelden van Mickey Mouse, Goofy, Mowgli en Balou, allemaal zogenaamd uit zee gevist en bedekt met 'koraal' en 'zeepokken', vervaardigd van edele steensoorten.

 

Ilja Pfeijffer

De kunstwereld reageerde afwijzend op deze kunst van Damien Hirst. Maar Ilja Pfeijffer, schrijver van het boek 'Grand Hotel Europa', reageerde positief. In de laatste twee hoofdstukken van zijn boek beschrijft hij uitgebreid wat Damien Hirst volgens hem duidelijk wil maken met Treasures from the Wreck of the Unbelievable: "Geleidelijk drong het besef tot me door dat ik oog in oog stond met de dood van onze cultuur en het einde van onze beschaving. Alles van waarde ligt met het patina van eeuwen overtrokken in het verleden. Hirst drukt ons met de neus op de feiten door ons een verzonnen verleden voor te schotelen. Als iets maar oud is, zetten we het in een museum. Maar we begrijpen niet dat we zelf in een museum leven en dat we niets produceren wat zal glimmen in de pronkzalen van de musea van de toekomst. In het breekbare, zuchtende, zinkende Venetië was Treasures from the Wreck of the Unbelievable de zwanenzang van het avondland. Een extreme, groteske, fantasievolle evocatie van ons werkelijke en gedroomde verleden, dat was het laatste, onherhaalbare grote gebaar."

 

Fotoreportage: